zaterdag 30 september 2017

30-09-2017: Baie-Saint-Paul -> Québec

Redelijk goed geslapen vannacht maar tegen de ochtend vroeg wakker omdat één van de andere gasten continu aan het praten was. De muren zijn hier precies van karton gemaakt, zo gehorig is het. Gelukkig heeft iedereen zijn manieren gehouden vannacht ;)

Het ontbijt is bij de kamerprijs inbegrepen en is deze keer eens à la carte. Kunnen we eindelijk eens de eggs benedict nemen, want bij de ontbijtbuffetten is dat er nooit bij.

Het heeft vannacht trouwens nét niet gevroren, maar het is nog steeds erg fris wanneer we - na het uitchecken - om 10:55 aan een wandeling beginnen. De auto kan blijven staan op de parking van het hotel.
De hoofdstraat staat vol met kraampjes waar - voornamelijk - schilders hun kunstwerken presenteren. Afgelopen week stond hier in het teken van de schilderkunst met een kunstmarkt aan de kerk, en dit is het afsluitingsweekend.

Onze wandeling brengt ons naar Boisé du Quai, een bos(je) langs de St.-Lawrencebaai. Hier wandelen we een stuk langs het strand en door het bos tot aan een oud scheepswrak. Via een andere weg maken we de cirkel rond. Prachtige wandeling van een kleine 7 km.
Het is heerlijk weer - zo goed als onbewolkt - en al snel werd één van de 2 jassen uitgetrokken.

Eens terug in de stad is het tijd om een kleinigheid te eten en dat doen we in Café Aromes et Saveur. Om in het café te geraken dien je eerst door een snoepwinkeltje te lopen. Heel de winkel is volgepropt met zoetigheden, maar we weten ons te beheersen en lopen zonder iets te kopen naar het café waar het aanschuiven is tot aan de kassa. Hier kun je de bestelling doorgeven en dan mag je weer aanschuiven om het af te halen.

We laten het ons smaken en om 13:50 laten we B-S-P voor wat het is. Québec ligt op een goede 88 km voor ons en we hoeven de Route 138 maar te volgen.

Het eerste stuk loopt door bergachtig gebied en we gaan al snel van 0m naar 740m hoogte. 's Winters wordt hier geskied. Nu wordt er vooral veel met quad gereden vermoeden we, want we worden steeds ingehaald door grote pick-ups met daarop zo'n vierwieler.

We cruisen rustig verder en genieten ondertussen van het gekleurde landschap. Zo'n 45km vóór Québec zien we vanop een heuveltop de skyline van de stad opdoemen. Natuurlijk weer nergens een stopplaats te bespeuren om dat op een SD-kaartje vast te leggen. Dat was in West-Canada toch allemaal beter geregeld.

Beneden aan de heuvel staat een wegwijzer naar de Canyon Ste.-Anne en we besluiten deze met een bezoekje te vereren. Het is 15:00 wanneer we ons toegangsticket kopen en we aan onze tweede wandeling van de dag beginnen. Blijkbaar is dit een toeristische trekpleister en als je 'toerist' zegt duiken onze luidruchtige vrienden uit het Oosten natuurlijk ook weer op. Ze zijn er niet 'en masse', maar laten zich wel weer duidelijk opmerken.

De wandeling bestaat over een lus met twee hangbruggen over de canyon en kan aan de tweede brug worden uitgebreid met een trappenparcours. 187 treden naar beneden, opnieuw over een 3° hangbrug en dezelfde 187 treden terug naar boven. Door de nodige fotostops hebben we op de kop 1 uur nodig om terug aan te komen waar we vertrokken zijn.

Het is nu nog een dikke 20km tot aan de Chute-Montmorceny die worden verkocht als 'de waterval die hoger is dan de Niagarawaterval'.
Madame GPS leidt ons echter weer een weg op die is afgesloten wegens... wegenwerken (of wat anders?). Dan maar gewoon doorrijden naar Quebec en zie daar, de volgende afslag leidt ons dan toch naar de waterval waar we om 16:45 aankomen.
Deze mag dan wel hoger zijn dan de Niagara, ze is in ieder geval stukken smaller. Je kunt hier met een kabelbaan naar boven waar je vanaf een hangbrug zicht hebt op de bovenkant van de waterval.
Óf je kan via trappen de heuvel tegenover de waterval beklimmen en vanaf 3 uitkijkpunten de waterval langs de voorkant bekijken.

We kiezen voor de trappen. We hebben ze niet geteld, maar het zijn er een pak meer dan de 187 van een uur geleden. Eens boven kun je via een tweede brug naar de grote hangbrug wandelen en zo verder naar het 'bergstation' van de kabelbaan (het wordt ingewikkeld he).
Om onze knieën wat te sparen besluiten we dit te doen ipv via dezelfde weg de trappen af te dalen.

Om 18:00 staan we weer beneden - kabelbaan stelt 2 keer niks voor (behave de prijs voor die 3 minuten) - en kunnen we aan de laatste kilometers naar het hotel beginnen.

Niettegenstaande we rond hetzelfde uur als vorige in Montréal via de snelweg de stad inrijden, is het hier véél rustiger en op één missing na weet 'Madame' ons op onze bestemming te brengen.

Het inchecken neemt een tijdje in beslag en na ons opgefrist te hebben (en deze epistel geschreven te hebben) kunnen we om 20:15 op zoek naar een restaurant om de innerlijke mens te versterken.

Aanvankelijk willen we in het hotel eten, maar daar moeten we minstens 3 kwartier wachten, dus gaan we in de stad op zoek.
We weten al dat we twee straten verder moeten zijn en Tripadvisor brengt ons naar 'Les Sales Gosses'. Nr. 8 van de 1477 restaurants in Québec. En die plaats hebben ze verdiend. Fijne atmosfeer, top bediening en heerlijk eten.

En zo wordt het 23:00 eer we terug op de kamer zijn.
Een kamer die, net als bed en badkamer trouwens, eens zo groot is als die van afgelopen nacht.

Morgen is een speciale dag die we in de stad zullen door brengen ;)

Vandaag zowat heel de dag zon gehad bij gemiddeld 13° (16° in de stad) en een goeie 103 km gereden.













































vrijdag 29 september 2017

29-09-2017: Tadoussac -> Baie-Saint-Paul

Wanneer om 07:30 de wekker afloopt is het eerste wat door mijn hoofd spookt "hadden we niet beter toch eens naar 'Les Dunes' gereden om te kijken of er noorderlicht was?". Maar goed, dit is geen noorderlichtvakantie, die komt pas in februari ;)

Na het rijkelijke ontbijt checken we uit en wandelen we nog eens naar het uitkijkpunt in de hoop nog eens beluga's te zien. Er staat een pak minder wind en de zon schijnt geregeld tussen de onschuldige wolkenvelden door. We krijgen al onmiddellijk enkele dwergvinvissen in het oog, maar van beluga's is geen spoor te bekennen. Hebben we eergisteren dan toch zo veel geluk gehad?

We blijven zowat een uur naar het water turen en keren dan toch maar terug naar de auto om stillekes af te zakken naar Baie-Saint-Paul. Het is intussen 12:00 geweest en wanneer we het dorp uitrijden worden we door een fluovrouw de verkeerde kant opgestuurd. Er staat nl. file voor de overzetboot en dus moeten we eerst de andere kant oprijden, ons na een kilometer omdraaien en dan netjes in de file aanschuiven. Ik vrees dat we hier nog een tijdje zullen staan, maar gelukkig is de veerboot hier wat groter dan die in Stokkem en na een dikke 20 minuten staan we al op de boot.

Tijdens de 10 minuten van de overtocht staren we weer over het water, maar noppes te zien.
Dan nog maar eens stoppen aan Pointe Noire, waar we gisteren te voet naar toe zijn geweest, maar ook vanaf dit hoge uitkijkpunt zijn de witte walvissen nergens te bespeuren. Minkes (dwergvinvissen) zitten hier blijkbaar genoeg want we zien er weer enkele bovenkomen.

Na een minuut of 10 vertrekken we dan definitief richting B-S-P.

De Route 138 buigt hier van de St-Lawrencebaai af. Langs de weg liggen regelmatig meertjes en de heuvels zijn begroeid met gemengd bos. De kleurende loofbomen steken fel af tussen de donkergroene naaldbomen. Hier maakt de Indian Summer zijn naam waar. Met uitzondering van de temperatuur, want het is maar een povere 12° 'warm'. Zonder jas moet je niet te lang buiten staan en al zeker niet waar de wind vrij spel heeft, zoals langs de meertjes.

In La Malbais, een wat grotere stad, verlaten we de Route 138 en nemen de Route de Fleuve. Deze weg loopt over de heuvels met zicht op de St. Lawrencebaai. Pittige heuvels, want steeds een stijgingspercentage tussen de 9 en 17%. De uitzichten zijn prachtig, maar er zijn vrijwel nergens parkeerplaatsen gemaakt om van het uitzicht te kunnen genieten. Je mag hier 90 km/u rijden en de locals laten je ook duidelijk merken dat ze dat willen doen. Gelukkig is de berm overal breed genoeg zodat ik regelmatig de sliert auto's achter mij kan laten passeren.

Rond 15:30, we zijn dan een 15 km van ons einddoel verwijderd, neem ik een afslag richting Isle-aux-Coudres. Hier is halverwege de steile afdaling wél een parkeer-/rustplaats ingericht. Het uitzicht is geweldig mooi en in de zon en uit de wind is het zowaar goed vertoeven.

De weg eindigt in Saint Joseph de la Rive waar de veerboot naar het eiland vertrekt. Dit is een klein gehucht met een hoog 'Bokrijk-gehalte'. We wandelen er een kwartiertje rond in de hoop ergens een tas koffie te krijgen, maar het lijkt hier wel uitgestorven.

Dan maar rechtstreeks door naar onze auberge 'La Muze' in B-S-P. Deze blijkt in de hoofdstraat te liggen, tussen restaurantjes en kunstboetiekjes. Nadat we de koffers langs de smalle trap naar boven hebben gesleept hebben we nog tijd om voor het eten een wandeling door de twee 'commerciële' straten te maken. Het is hier een gezellige bedoening, maar de meeste winkeltjes sluiten om 17u, en dat is het intussen geworden.

La Muze is ondergebracht in een Victoriaans aandoend gebouw. Alles is stokoud (maar proper) en de kamer is aan de kleine kant -wel 3 bedden - met wastafel naast het bed. In de hoek van de kamer is een piepklein badkamer geïnstalleerd. Als je uit het bad/douche stapt, moet je uitkijken dat je niet in de WC stapt :D
Voor één nacht allemaal prima, maar we zouden hier niet een volle week geschilderd willen zitten.

Met het eten van het bijhorend restaurant is zeker niets mis, lekker en genoeg (zelfs teveel om er nog een dessert bij te proppen).

Het is vandaag wisselend bewolkt geweest met regelmatig plaats voor de zon bij een 13°. Vanavond nog maar 3° (22:30) en het zou me niet verwonderen als het tot een graadje vorst komt.

131 km in de de auto gezeten.

Morgen rijden we verder naar Québec City. Is maar 1:15 uur rijden, dus we kunnen het allemaal op het gemak doen.