zondag 8 oktober 2017

08-10-2017: North Conway -> Stowe (VT)

Wanneer we vandaag eens wat vroeger opstaan en de gordijnen opentrekken, zien we dat het charmant aan het regenen is.

We hebben dus ruim de tijd om de foto's van gisteren te bekijken en op het gemak te ontbijten. Gelukkig kunnen we de auto daarna onder een overkapping zetten om de koffers in te laden want de regen valt nog steeds met bakken uit de hemel.

Bij het uitchecken hebben ze onze creditkaart niet meer nodig en 'alles is in orde'. Ons hierbij toch niet goed voelend, controleer ik online de kaartrekening en kom tot de vaststelling dat ze ons bij het inchecken de volle pot voor de kamer hebben aangerekend, terwijl dit allemaal via het reisbureau geregeld werd! Dus terug naar binnen waar hetzelfde meisje dat ons heeft geholpen bij het uitchecken vraagt of we willen... inchecken. 'Nee, je hebt ons vijf minuten geleden uitgecheckt'. Enfin, na wat gepuzzel komt ze tot de vaststelling dat ze een fout hebben gemaakt, maar dat dat toch wel zou worden rechtgezet, moesten we het nu niet gemerkt hebben. Je vraagt je dan toch af hoeveel mensen ze zo al bij hun pietje hebben gehad.

Uiteindelijk is het bijna 11:00 wanneer we vertrekken via Route 112. Dit is het deel van de scenic rondweg dat we gisteren niet meer hebben gereden. Annette had al gelezen dat het een drukke weg is, maar zo druk als nu hadden we het toch niet verwacht. In tegenovergestelde richting staat zelfs een flinke file.

Om 11:20 komen we aan de Lower Falls, enkele kleine watervalletjes en ondanks de stromende regen loopt hier flink wat volk rond. Met het idee dat het dan toch wel de moeite moet zijn, doen we met de gekken mee en trotseren de regen. Lang blijven we echter niet gek.

Terug de auto in en verder. Het decor is zelfs met regen echt mooi, het lijkt wel alsof de kleuren door de nattigheid nog feller zijn. Om 11:40 stoppen we aan de Rocky Gorge en het erachterliggende Falls Pond. De Gorge is een kleine kloof waar de Swift River zich via watervalletjes doorheen perst. Ook nu weer weinig water, maar aan de foto's op de informatieborden is dat vaak anders en kan het water wild te keer gaan. De hemelsluizen zijn intussen gesloten en tijdens de korte wandeling van een half uur komt de zon zelfs voorzichtig door de wolken piepen.

Een eind verder rijden we nog een stuk van de Bear Notch Road, maar behalve een paar uitkijkpunten is daar niet veel te zien. We moeten nu wel langs dezelfde weg terug want anders komen we op het stuk dat we gisteren gereden zijn.

Op de 112 wordt het steeds drukker en als er al eens een parking is, is deze overvol en dus besluiten we gewoon door te rijden naar Stowe. In Lincoln - we hebben intussen 54 km gereden - nemen we de snelweg I-93. Deze komt langs de Flume Gorge, een grotere kloof, en we doen toch een poging om daar te stoppen. Maar ook hier weer hetzelfde liedje: het ziet hier zwart van het volk en we voelen er niets voor om voetje voor voetje aan te schuiven. Nog een opvallend feit: het stikt overal van de Indiërs. De voorbije weken waren die bijna niet te zien en vandaag lijken ze de absolute meerderheid te hebben.

Om 14:00 passeren we de onzichtbare grens met Vermont en stoppen bij het informatiecentrum. Hier worden we te woord gestaan door Lucien, een enthousiaste en joviale gast die ons op kaart aanduidt hoe we het best naar Stowe rijden en dat we maar beter via de bergpas van de 108 gaan omdat dit de mooiste route is.
We krijgen nog wat documentatie mee en er wordt nog wat gepraat over de verschillen tussen Amerika, Canada en België en het feit dat de Franse taal zo moeilijk is (met demonstratie van zijn kennis ervan) en voor we er erg in hebben zijn we al weer een half uur ouder.

Echt veel is er onderweg niet te zien. Het landschap verandert wel geregeld, er is veel minder verkeer en de zon is veel uitbundiger aanwezig waardoor de thermometer... 27° aangeeft, maar nergens loont het zich om een tussenstop te houden. Behalve op de 108 waar we zeker langs moesten. Ik vrees dat iedereen die route neemt want hier is het weer druk. Zo druk dat op het hoogste punt, waar veel wandelroutes zijn en de weg extra smal is, een ware verkeerschaos heerst. De parkings staan overvol en iedereen begint zich naast de weg te parkeren waardoor het verkeer zich niet meer kan kruisen.

Om 17:00 komen we dan aan bij het Trapp Family Hotel en Resort, gelegen op een berg. Reusachtig hotel met een doolhof aan gangen. Tot het resort horen ook nog vakantiehuizen die je kunt kopen of time-sharen, een bakkerij en een brouwerij. En alles natuurlijk met een Oostenrijks tintje, want de eigenaars zijn de kleinkinderen van de oude Von Trapp. Achteraf ontdekken we dat één van hen in het bierhuis rondliep en zelfs mee de tafels afdekte. Over dat bierhuis: dit ligt afgezonderd op het domein en omdat we vandaag nog niet te veel beweging hebben gehad, gaan we daar te voet aar toe om te eten. Ligt me dat toch niet beneden aan de berg, dik 2 km van het hotel. Ook daar weer erg druk en we moeten een goede 20 minuten wachten eer we aan tafel kunnen. Stiegl hebben ze niet, maar wel 7 eigen andere bieren.

Na het eten kunnen we dus 2 km terug de berg op, goed voor de vertering, maar een van ons twee is er toch niet erg content mee. Uiteindelijk lopen we vandaag toch weer ruwweg 9 km. Met de auto hebben we er 282 gedaan.

Om 21:00 willen we ons nog wat gaan drinken, maar na een kwartier door het hotel te hebben gedoold, vernemen we aan de receptie dat alle zalen gesloten zijn en dat we nergens meer iets kunnen krijgen. Ze hebben de Oostenrijkse gewoonten snel verleerd, de Von Trapp's.

Morgen trekken we verder naar ons laatste logement in Trumpland: Lake Placid. Nog maar niet te veel aan vrijdag denken.




























Geen opmerkingen:

Een reactie posten